De Saksische kropper is een éénkleurige duif (roek) die zoals zijn naam het zegt tot de 'kropperrassen' behoort. De meeste andere Saksische sierduivenrassen behoren tot de 'kleurduivenrassen'. Naast de witte, zwarte of donkere vleugelbanden, de zwarte of donkere band in de staart en de gekraste vleugelschilden (allen eigenschappen van roeken), beschikken zij dus over geen enkele tekening.
De Saksische kropper behoort (ondanks hij maar een eenkleurige vogel is) zeer zeker tot de groep moeilijk te fokken kropperrassen. Ondanks de Saksische kropper een goede en vaste broedvogel is, krijgt hij eigenhandig vaak zijn jongen niet groot. Vooral de fel doorgefokte kleurslagen zijn slecht in het voederen van hun jongen. Het is spijtig dat maar 7 van de 10 (doorgefokte) Saksische kroppers niet in staat zijn om beide jongen na een 7-tal dagen nog voldoende voedsel toe te dienen. Als de voorraad natuurlijke duivenpap is opgebruikt en de dieren overschakelen naar het geven van vast voedsel, laten de ouders het afweten. Ze doen wel verwoede pogingen tot voederen maar krijgen door een of andere reden geen eten overgebracht in de kropjes van hun jongen.
Bijgevolg staan de jonge diertjes met lege kropjes en maagjes voor een lange nacht. 's anderendaags schreeuwen ze nog harder om voedsel. De ouders zullen weer pogingen ondernemen om hun kroost te voederen, maar het lukt weer niet. De jongen blijven stilstaan en in de groei betekent stilstaan achteruitgaan.
Het wordt dan de hoogste tijd dat de fokker bijspringt. Vooraleerst verstrek je de dieren een voeder waarin enkel kleine zaden en granen zitten. Kleine zaden en granen hebben de eigenschap dat ze gemakkelijker worden doorgegeven van ouder- naar jongdier. Het is het proberen waard maar als ook dit niet lukt, moet je als fokker dan de hulp van voedsterduiven (bijvoorbeeld vliegduiven, tuimelaars, kapucijnen, ...) inroepen of zelf eigenhandig bijspringen.
Als je dit niet doet, kan je beter een ander ras houden want de kweekresultaten zullen gegarandeerd uitblijven. Werken met voedsterduiven is dus de boodschap! Ook binnen hetzelfde ras zijn er verschillende moeilijkheidsgraden afhankelijk naargelang de kleurslag waarvoor men kiest.
In 1927 werd in Duitsland een speciaalclub voor fokkers van Saksische kroppers opgericht (Sonderverein der Züchter Sächsischer Kröpfer). Deze speciaalclub houdt sinds 1969 om de 5 jaar een jubileumshow die tot nu toe enkel in Duitsland heeft plaatsgevonden. Op deze, telkens verbluffende tentoonstellingen, worden alle kleurslagen geëxposeerd (± 350 à 450 dieren). Zowel de duiven als de vriendschap tussen de fokkers uit verschillende landen staan hier centraal.
Het is een lust voor het oog om van zoveel Saksische kroppers op eenzelfde tentoonstelling te mogen genieten. Per kleurslag wordt er een ‘Ereband' uitgereikt. Dit is een grote onderscheiding die je krijgt als je de beste duif in een bepaalde kleurslag bezit.
Zulke (speciaalclub)-tentoonstellingen zijn belangrijk voor de fokker. Ik heb dan ook de indruk dat veel fokkers van Saksische kroppers naar dit grootse gebeuren toeleven. Zij zullen 5 jaar hun uiterste best doen om de mooiste dieren te kweken. Daar zullen zij er mee pronken of mee teleurgesteld zijn.
Je kunt hier tevens je duiven vergelijken. Je ziet dan welk resultaat je zelf bereikt hebt met de eigen kweek. Je kunt er ook een trend opmaken die je in de toekomst wil gaan volgen. Indien nodig kan je er nieuwe dieren of beter gezegd 'vers bloed' aankopen om je stam te verversen en te verbeteren.
In 1995 kende de club 62 leden over verschillende landen in Europa waaronder Duitsland, Nederland, Oostenrijk en België. In deze landen vind je dan ook de meeste Saksische kroppers. Waarschijnlijk wordt hij ook sporadisch in landen zoals Frankrijk, Polen, ... gefokt. Ik deed ooit eens twee mooie koppels blauw gekraste (gehamerde of geschelpte) Saksische kroppers van de hand aan een persoon uit Noord-Frankrijk. Toen ik deze persoon twee jaar later terug tegen het lijf liep, vertelde hij me dat hij met een van desbetreffende doffers telkens op tentoonstellingen in Noord-Frankrijk de hoogste prijzen wegkaapte. Ook een Nederlandse handelaar in duiven kocht eens enkele koppels gele en isabel Saksische kroppers. Deze dieren zouden zelfs verscheept of overgevlogen worden naar Saoudi Arabië waar ze in het bezit zouden komen van een of andere oliesjeik.
Toch is de Saksische kropper in vergelijking met andere rassen (pauwstaarten, Oud-Hollandse kapucijnen, raadsheren, modena’s, meeuwduiven) ... maar een weinig voorkomend ras. Het is zeker waar dat hij minder populair is dan bijvoorbeeld zijn broer de vedervoetige Saksische eksterkropper of verkeerdvleugel kropper. Dit heeft alles te maken met het feit dat het een eenkleurige vogel is. Eenkleurige duiven zijn namelijk minder graag gewild bij het grote publiek. Het grote publiek is vaak meer geïnteresseerd in sierduiven met kleurcombinatie (bijvoorbeeld de ekstertekening bij de vedervoetige Saksische eksterkropper (verkeerdvleugel kropper) of de typische tekening bij de dominicaanse Gentse kropper, ...).
Gelukkig kiest iedere fokker een ras en kleurslag naar eigen smaak en goesting. Er bestaan vijf hoofdkleuren: zwart, bruin, rood, blauw en wit. Daarbij hebben we de nauw verwante kleuren of tussenkleuren. Je bekomt ze door bepaalde hoofd- of tussenkleuren met elkaar te koppelen.
Zwart, bruin en rood zijn de pigmentkleuren waaruit alle andere kleurslagen ontstaan. Dit pigment bestaat uit heel kleine, fijne korreltjes of staafjes. Die van de zwarte kleur zijn zwart, die van de rode kleur zijn roodachtig (kastanjebruin) en die van bruin (chocoladekleur) zijn diep bruin.
Blauw, de oerkleur der duiven, is sterk verwant aan zwart. Het pigment is hetzelfde als dat in zwart. Het is echter op bepaalde plaatsen o.m. in de vleugelbanden, het vleugelschild en de staartband, samengetrokken.
Wit bevat geen pigment. Dit resultaat geeft de vogel de witte kleur. De hoofdkleuren hebben hun eigen "verdunde" kleuren. Het niet zo dicht samen liggen van de pigmenten geeft deze verdunning als resultaat.Hoofdkleuren noemen wij intensieve kleuren, de overige zijn verdunde kleuren. De verdunde kleur van zwart is dun, die van rood is geel, die van bruin is kaki of vaalbruin en die van blauw is zilver. Van zowel de hoofdkleuren als van wit zijn tientallen andere kleuren afgeleid.
De meeste kleurslagen komen voor in verschillende tinten. Dit valt op als bijvoorbeeld op een tentoonstelling 10 gele of blauwe dieren naast elkaar zitten. Sommigen zijn lichter getint, andere zijn op hun beurt weer donker getint. Afwijkingen binnen dezelfde kleur vallen dus zeker op.
Het is goed dat sierduivenliefhebbers een eigen smaak en goesting voor kleur en tekening hebben. Stel je voor, dat er enkel zwarte duiven op tentoonstellingen of in onze hokken zitten, of rode, of witte of blauwe, ... Fokkers van Saksische kroppers vinden kleur en tekening dus minder belangrijk en kweken het ras omwille van zijn slanke voorkomen, zijn hoogopgerichte stand maar ook omwille van zijn levendige en losbollige karakter. Zijn karaktertrekken geven aan de vogel een aparte charme. Aan de kleur en tekening wordt dus in eerste instantie minder belang gehecht.
Saksische kroppers zijn erkend in een 15-tal kleurslagen. Ze komen voor in de meest populaire kleuren maar ook in enkele kleuren die eigen zijn aan het ras. De standaard leert ons dat de Saksische kropper een éénkleurige vogel is die naast de banden of de gekraste vleugelschilden en de brede zwarte of donkere band in de staart over geen enkele eender welke tekening beschikt.
Kleurslagen die veelvuldig gekweekt worden zijn: wit, zwart, rood, geel, blauw met zwarte banden, blauw gekrast en isabel. Kleurslagen die sporadisch gekweekt worden zijn: blauw zonder banden, gemehlicht, gelercht, zilver en alle kleurslagen met witte banden (isabellen niet meegerekend).
De kleurslagen met witte banden zijn als het ware het handelsmerk voor de Saksische kropper. Als het ideaalbeeld van de Saksische kropper afgebeeld wordt op bijvoorbeeld een foto, een tekening, een porseleinen schaal, ... is het meestal een exemplaar met witte banden. Isabel Saksische kropper: een van de moeilijkst te fokken kleurslagen bij sierduiven! Deze kleurslag isabel is tevens het uithangbord van het ras.
De bekendste kleurslag is ongetwijfeld het ‘isabel’. Menig duivenliefhebbers denken direct aan de isabellen bij het horen van de naam 'Saksische kropper' of aan de Saksische kropper bij het horen van de naam 'isabel'.
Er zijn dus voldoende kleurslagen voorhanden voor kandidaat fokkers van Saksische kroppers. Personen die menen dat het geen kunst is om Saksische kroppers te kweken omdat het maar éénkleurige vogels zijn, mogen altijd eens proberen om bijvoorbeeld isabellen of andere witbandjes te kweken. Deze kritiekgevers zullen de eerste opgevers zijn! Je kunt verstomd staan hoe moeilijk dat het wel is om zulke diertjes groot te krijgen, laat staan hun standaardniveau op hoger niveau te brengen.
Een opsomming van de erkende kleurslagen vind je op de pagina kleurslagen bij Saksische kroppers.